Voorstelling

De hoofdfiguur van het plafondstuk is weergegeven op het middendoek. Een in het wit geklede jonge vrouw is hier uitgebeeld als de personificatie van de “Vrijheid”. Zij wordt verdedigd door de krijgshaftige leeuw van Amsterdam, bewapend met zwaard en schild.

In het rechter deel wordt Vrijheid bijgestaan door de personificatie van de Republiek, uitgebeeld door Minerva en een adelaar. Deze figuur verjaagt de ondeugden Nijd en Bedrog, de vijanden van wijs en rechtvaardig bestuur.

Op het linkerdoek vertrapt “Eendracht” de overwonnen en geketende vijanden, gepersonificeerd door twee naakte mannen met dierenhuiden en afgebroken zwaard.

In de linkerhoek wordt de compositie afgesloten door de zeegod van het IJ, afgebeeld met anker en scheepsroer. Op het rechterdoek zien we de riviergod van de Amstel, te herkennen aan de roeispaan. Te samen met Mercurius in het middendeel en de ‘corona navalis’ (scheepskroon) waarmee de Vrijheid wordt bekroond symboliseren de watergoden de belangrijke positie van de scheepsvaart als bron van handel en welvaart in Amsterdam.

Binnenkort meer over het iconografische programma van het plafond en de betekenis van de “Ware Vrijheid” in de politiek en kunst van de Gouden Eeuw.

Tekst: Jephta Dullaart